Maaike Ouboter
Wat je van ver()haalt - Podcast 1
Podcast 1

Ze zit in gedachten verzonken op de bank
Ze heeft haar benen onder zich getrokken
En leunt voorover met haar gedichtenboek op haar voeten
Het lijkt me een ongemakkelijke positie
Maar daar heeft ze zelf blijkbaar geen last van
Ze ziet er vredig uit zo in het avondlicht
Ik kijk een tijdje toe hoe ze pijnzend door haar zinnen bladert.
Waarschijnlijk is ze allang vergeten dat ik ook in de kamer ben
Dus vraag ik haar niets
Om de stilte te rekken
Ik neem haar houding goed in me op
En dan probeer ik mijn eigen benen net zo onder me te vouwen
Maar blijk minder lenig dan ik me aanvankelijk had ingeschat
Raak verstrikt in een ingewikkelde knoop van voeten en lijf
En tuinel van mijn stoel af
Ze kijkt op
Zou ik anders iets voorlezen
Ik knik vanaf de grond
En terwijl zij er één uitzoekt
Klim ik terug in mijn grote stoel en sluit mijn ogen
Ze heeft lang geleden, lang geleden
Na nog van jaren van halfe slaap beeld ze soms
Ze kan het goed zien vanaf de andere kant van het bed
's Ochtends vecht ze tegen vermoeidheid
Met haar hoofd en haar kussen en zijn kussen in haar hoofd
Tot ze 's middags roekeloos naar haar kop koffie staart
Dan hoor ik haar soms zuchten
Dat hij wel genoeg was, maar dat het niet genoeg was
En het dus genoeg was
Er is niet dat ik ooit beter begreep
Als ik haar na even zwegen dan wil troosten
Neemt ze me de woorden uit de mond
Door zacht aan me te vragen of ze anders met me meegaat
Als dit meisje ooit een bundel uitbrengt, koop ik het
Denk ik met mijn ogen nog dicht en dan is het weer stil